De eerste dag van de Dakar Rally kende meteen een aantal verrassingen. De ene wat aangenamer dan de andere. Met de vierde tijd, op slechts een minuut en 11 seconden van etappewinnaar Ales Loprais, deed Ton van Genugten goede zaken. Zijn Team De Rooy-teamgenoten Artur Ardavichus (16de) en Federico Villagra (21ste) verging het iets minder goed.
Ton van Genugten was zeer in zijn nopjes met het resultaat van de openingsrit van de Dakar 2018. Hij was als tiende truck begonnen aan de proef van 31 kilometer door de duinen bij Pisco en mag als vierde beginnen aan de tweede etappe. “Dit was wel ongeveer mijn bedoeling”, sprak hij tevreden. “Het ging buitengewoon goed. Het was een snelle proef door de duinen, je kon best hard rijden, maar het was zeker niet gemakkelijk.” 16.02 had Van Genugten nodig gehad.
Al snel nadat hij was gestart, kreeg Van Genugten zijn teamgenoot Ardavichus in beeld. De Iveco Powerstar van de Kazak was een perfect richtpunt voor de Nederlander. “Ik kon er mooi naartoe rijden. Toen we er bijna bij waren, bleef Artur steken op een duin, waar wij net wel overheen kwamen. Dat was een mooi moment om hem te passeren.”
Federico Villagra, die als tweede truck van start ging in de proef van 31 kilometer in de duinen bij Pisco, kreeg te maken met een foutje van de organisatie, zo bleek achteraf. “We hebben zeker een kwartier verloren met het zoeken naar een waypoint”, vertelt de Argentijn. “Op een gegeven moment hebben we maar besloten door te rijden, omdat het zo lang duurde. Toen we bij waypoint 9 kwamen, klikte waypoint 8 – waar we zo lang naar hadden gezocht – er ook ineens in. Heel raar. Dat hoort niet. We hebben de wedstrijdleiding gevraagd of ze de gps-tracking nog eens goed kunnen nakijken en of we tijd terug kunnen krijgen, want het is gewoon een fout.”
Villagra had het verder goed naar zijn zin gehad in de korte, maar toch wel lastige proef. “De etappe geeft een goed beeld van wat we morgen kunnen verwachten in de tweede etappe. Het waren mooie duinen, maar er zaten ook een paar gemene gebroken duinen bij. Daar moest je wel goed mee oppassen.”